More info

11.28.2010

Je bent wat je eet?


Ze zeggen wel eens ‘Je bent wat je eet’. Volgens mij wordt daar vaak mee bedoeld dat iemand met overgewicht zal leven op kant-en-klaar maaltijden en ongezonde snacks. Een slank persoon zal veel sporten en regelmatig een bezoek aan de groenteboer brengen. Maar als je graag afhaalt bij de Chinees, een Turkse pizza eet in je lunch of ontzettend van Franse croissants houdt, ben je er dan ook een?

In de periode na de Tweede Wereldoorlog kwamen er, mede door het onafhankelijk worden van Indonesië en later het tekort aan Nederlandse arbeidskrachten, steeds meer immigranten in Nederland. Zij namen hun eetgewoontes mee en konden door het importeren van exotische producten hun ‘eigen’ maaltijden blijven bereiden wat hen herinnerde aan hun identiteit en een gevoel van saamhorigheid gaf. Aan het einde van de jaren veertig werden een aantal Indonesische eethuisjes geopend die vooral werden bezocht door studenten en kunstenaars en later door militairen die eens iets anders wilden eten dan aardappelen. Nadat de geïmmigreerde arbeiders niet meer nodig waren in de industrie, nam ook het aantal Griekse en Italiaanse restaurants toe.

De Nederlander werd exotischer en ging vaker buiten de deur eten. Met ‘de Griek’ en ‘de Italiaan’ werd niet meer op een persoon geduid, maar op een zelfstandignaamwoord; het restaurant. De Nederlanders zorgden zelf voor de inburgering van deze immigranten door hun eten te waarderen en het als onderdeel van hun voedingspatroon op te nemen.

Intussen wordt het straatbeeld in veel Nederlandse steden gedomineerd door restaurants en supermarkten uit allerlei landen van over de hele wereld. Niet alleen de Griek en de Italiaan; we eten van Mexico tot Japan. Steden gebruiken een Chinese wijk tegenwoordig zelfs voor hun citybranding: ‘Kijk eens hoe multicultureel wij zijn!’ Daarbij is het interessant om te zien dat we nog steeds alleen trots durven te zijn op de Chinezen, terwijl in vele steden ook straten zijn die worden gedomineerd door winkels met Turkse en Marokkaanse eigenaren.

Het lijkt of je aan de herkomst van de winkeleigenaar kan zien, waar de bewoners van een straat, buurt of wijk hun herkomst hebben. De laatste trend op het gebied van eetwinkels richt zich op de Oost Europese arbeiders die de laatste jaren in grote getalen naar Nederland zijn gekomen. Voor hun een nieuwe uitdaging om de Nederlanders kennis te laten maken met hun specialiteiten. En als liefde echt door de maag gaat, kunnen ze met het eten hun negatieve imago misschien te niet doen.

In mei 2006 verscheen er in NRC Next een artikel over het toenemende aantal Polen in Nederland. Uit dit artikel blijkt dat Polen echt eten willen en niet houden van de toevoegingen die Nederlanders aan hun producten doen.

11.20.2010

Ziet eten, doet eten


Eten moeten we om te overleven. Zoals een groot deel van de wereldbevolking nu eet, levert het echter eerder gezondsheidsproblemen op dan een bron van (gezonde) energie. Van drie maaltijden per dag tot aan de Tweede Wereldoorlog, zijn we nu overgegaan om de hele dag door te eten: als de pepernoten op zijn, gaan we gewoon verder op paaseitjes.

Tegenwoordig is eten overal te verkrijgen. Niet zoals in veel Aziatische landen een gezond tussendoortje of maaltijd zoals vleesspiesjes of vers gesneden ananas, maar calorierijke snacks. Het wordt je om de oren gegooid. En geuren en geluiden verleiden nu eenmaal. Net na werktijd, zo tegen etenstijd zijn we nog zwakker en laten we ons makkelijk verleiden tot het kopen van een snack. En dit is precies waar op trein- en benzinestations op in wordt gespeeld.

In een snoep- of speelgoedwinkel wordt een kind hebberig. Bij volwassenen kan hetzelfde gebeuren; overdaad maakt vaak dat we er van willen inslaan. Op een versmarkt waar een overdaad aan verse groente en fruit getoond wordt is dan ook niets lekkerders dan de prodcuten in grote hoeveelheden in te slaan. En het is niet erg, want het is gezond.

Het lijkt er dus op dat het gaat om verleiden. Als iets in grote hoeveelheden wordt aangeboden, is het lastig om te negeren. Het maakt voor het effect echter niet uit of dit nu calorierijke snacks zijn, of gezonde producten. Het wordt misschien tijd om - op die plekken waar voorbijgangers het makkelijkst over gaan tot het kopen van een snack -het assortiment aan te passen en te te kijken of we ons door de overdaad laten verleiden tot het kopen van een heerlijk en gezond stuk fruit!

Op de website foodlog.nl reageert Jan Peter van Doorn op een advies van de Wetenschappelijke Radd voor het Regeringsbeleid (WRR) op het advies dat zijn in november 2010 aan de overheid uitbrachten.