2.13.2011


Het platte Nederlandse landschap biedt veel mogelijkheden voor landbouw en veeteelt. Dit gebeurt zowel zichtbaar als onzichtbaar. Vaak betekent zichtbaar een natuurlijkere manier van groeien en bloeien, waarbij de landbouw en veeteelt een positieve bijdrage leveren aan het recreatielandschap. De consument heeft het idee in contact te zijn met haar eigen voedsel. De onzichtbare variant gaat vaak gepaard met een grote schaal, snelheid en ondoorzichtigheid van het proces. Een aantal Nederlandse fruit-, groente en bloemenkwekers willen dit nu gaan veranderen.

Nederland is een echt kassenland: het klimaat vraagt om deze techniek zodat het hele jaar door van groente en fruit worden voorzien, het vlakke landschap biedt de mogelijkheden om grote oppervlaktes landbouwgrond te overdekken. De glastuinbouw heeft dan ook een hele ontwikkeling doorgemaakt en staat nu op het punt om weer een omslag te maken.

Tot in de 19e eeuw gebruikten kwekers zogenaamd platglas; lage kweekbakken met een glazen dak. In deze overdekte kweekbakken vonden ook de eerste experimenten met het verwarmen van de kassen plaats. De kwekers zagen hun gewassen sneller groeien, maar de kassen beperkten – door de geringe hoogte - de keuze van gewassen. Het type ontwikkelde zich rond de eeuwwisseling uit tot de zogenaamde Venlose kas zoals we die nu kennen.

Ook nu nog zijn de technische mogelijkheden van de kassen zeer uiteenlopend. De eenvoudige kassen bieden de gewassen slechts een jas die hun beschermd tegen extremen in weer en wind. Hoogstens kunnen de kwekers ventileren of brengen ze een laag kalk aan die de planten beschermt tegen fel zonlicht, maar die weer verdwijnt na een goede regenbui. Het andere uiterste is de hightech kas, waarbij zowat alles computer gestuurd is; er brand dag en nacht licht en de gewassen worden verwarmd, bewatert en bemest wanneer nodig. Daarbij worden de gewassen goed beschermd tegen ongewenste bezoekers die een oogst kunnen laten mislukken. De mens heeft de natuur in deze kas, waar mogelijk, onder controle.

Een groot deel van onze voedselproductie vindt plaats in deze kassen. Deze dragen echter niet echt bij om de mens dichter bij de bron van het voedsel te krijgen. Gebieden als het Westland (groente en fruit) en Almere (bloemen) zijn niet echt interessant voor de recreant. Lange rechte wegen en fietspaden, met weinig wisselende horizon vooral ingericht om het transport van en naar zo goed mogelijk te regelen. Het begrip kasplantje behoeft na een bezoek aan deze regio’s geen toelichting meer. De kavels zijn van sloot tot sloot gevuld met kassen en ook de kassen zelf zijn nokvol met een groen product. Wat er in de kas groeit of bloeit is echter niet te zien.

Op zich is er niet veel mis met het gebruik van kassen als het niet leidt tot de grootschaligheid en onduurzame productiemethodes zoals in een groot deel van de voedingsindustrie wel het geval is. De eenvoudige kassen zoals eerder in dit stuk benoemd, zijn vaak al een hele verbetering voor het groeiproces, zonder dat ze al te belastend voor het milieu zijn. Maar ook voor de hightech kassen wordt gewerkt aan minder milieubelastende methoden van verwarming en koeling, watergebruik, CO2 uitstoot etc. De eindreportage van het Convenant glastuinbouw en milieu laat echter wel zien dat ze er nog lang niet zijn.

Om weer in contact te komen met de consument, hebben een aantal kwekers de website versvandekweker ontwikkeld. Hier kunnen consumenten diverse producten kopen en vervolgens afhalen of thuis laten bezorgen. Bij elk product staat een korte beschrijving van het product en de kweker. Na aankoop kan de consument reageren op de kwaliteit van het product. Dit commentaar kan de kweker weer gebruiken voor het verbeteren van zijn gehele productie. De consument heeft dus invloed om dat wat hij eet, de producent kan meer tevreden klanten verwachten. Worden de transparante kassen misschien toch een beetje doorzichtiger.